Sneeuwzekerheid

Sneeuwzekerheid is een veel gebruikte term in de wintersportbranche. Een sneeuwzeker skigebied is dan ook een goed verkoopargument voor wintersportbestemmingen. Bijna elk skigebied noemt zichzelf ‘sneeuwzeker’ maar natuurlijk zit er een enorm verschil in sneeuwzekerheid tussen het ene en het andere gebied.

Wat is sneeuwzeker?

In sommige skigebieden sneeuwt het inderdaad vaker en heftiger dan op andere plaatsen. Dat heeft met de geografie en orografie van de Alpen te maken. Lees hiervoor het artikel over het schneeloch. Maar buiten het feit dat er sneeuw moet vallen om een gebied sneeuwzeker te maken, moet de sneeuw ook blijven liggen. Als het skigebied laag op een zuidhelling de hele dag in de zon ligt, is het met die sneeuwdump snel gedaan. Ook levert een stormachtige wind en/of föhn weinig op.

Daarnaast is het ene seizoen het andere niet. Sommige seizoenen zijn typische ‘noord-seizoenen’ waar de ene nordstau de andere opvolgt en de grote skigebieden in de noordalpen helemaal vol komen te liggen met sneeuw (zoals in seizoen 2011-2012). Andere seizoenen zijn het juist de zuidalpen die de volle laag krijgen (2013-2014), waarbij er over de Noordalpen juist regelmatig een warme zuidenwind (föhn) blaast.

Kunstsneeuw

Honderd procent natuursneeuwgarantie is dus nooit te geven, bijna elk gebied heeft af en toe te maken met te weinig natuursneeuw. Dit kan tegenwoordig gelukkig aangevuld worden met kunstsneeuw uit sneeuwkanonnen waardoor de pistes mooi wit zijn je toch kunt skiën, Witte banen in een bruin landschap geven je echter niet hetzelfde gevoel als skiën in een echt ‘winterwonderland’.