Dossier: Smeren tegen zonnebrand

Een wintersportvakantie verschilt niet veel van de zomervakantie voor wat betreft het voorkomen van zonnebrand. Sneeuw reflecteert net als een zandstrand en wateroppervlak zonnestralen. Wel is het zo dat op grote hoogte de UV-straling sterker is, en ook aanwezig is wanneer de zon zich niet laat zien. Wolken houden wel een deel van de UV-straling tegen, maar lang niet alles. Schapenwolkjes reflecteren zelfs UV-straling net als sneeuw. Gebruik daarom altijd een anti-zonnebrandcrème, ook bij iets minder mooi weer.

Een verschil met een zomervakantie is ook dat de bleke winterhuid plotsklaps blootgesteld wordt aan de zon, en dat vrijwel niemand op het midden van de dag de skipiste verlaat om de schaduw op te zoeken. Het zal duidelijk zijn dat je de huid dus goed moet beschermen met minimaal een protectiefactor 20 (UVB-protectie).

Smeer om de 2 uur opnieuw. UVB-bescherming is voor een skivakantie het belangrijkst, want dit beschermt tegen verbranding van de huid. UVA-protectie voorkomt veroudering van de huid. Smeer je neus, oren, oogleden en lippen in met een hoge beschermingsfactor (25+). Houd er rekening mee dat je bijvoorbeeld door het op- en afdoen van je skibril of haarband mogelijk de crème van je gezicht afveegt. Regelmatig (ongeveer om de twee uur) bijsmeren is daarom belangrijk.